Eindigen voorbij Tarantino: Ten oorlog!
Het Gentse gezelschap Camping Sunset waagt zich aan de trilogie van Ten Oorlog. Aanleiding om samen met Tom Lanoye op de rewindknop te drukken.
“Een olifant is heel lang drachtig,” antwoordt Tom Lanoye als ik vraag hoe het met hem gaat. De zon valt weldadig binnen in zijn werkkamer op de hoogste verdieping van zijn Antwerpse herenhuis. Shakespeare- in-porselein kijkt toe vanop de wandkast. “Een schrijver baart heel lang,” gaat hij verder, “ik werk aan een grote roman, maar daar ga ik niets over zeggen, ik ben heel bijgelovig.”
Interview - Ronald Verhaegen
De toneelmarathon Ten Oorlog ging in première in november 1997. Een spektakel van tien uur gebaseerd op de koningsdrama’s van Shakespeare en gespeeld door de Blauwe Maandag Compagnie onder regie van Luk Perceval. Een daverend succes. “Je hoopt dan altijd dat je toneeltekst niet samen verdwijnt met het stuk, na de laatste voorstelling,” zegt Tom.
Dat gebeurde niet. Ten Oorlog werd eind jaren 90 al hernomen in Duitsland als Schlachten, een titel die je kan proeven. Dichter bij huis waagt het Gentse gezelschap Camping Sunset zich nu ook aan het stuk. Aanleiding om samen met Tom Lanoye op de rewindknop te drukken.
© Sipan Hota
Waar lag de kiem voor Ten Oorlog?
Tom: “Luk Perceval had het waanzinnige idee. Alles start en eindigt met hem. Hij las Richard III in een vertaling van Willy Courteaux en vroeg zich af: waar komt Richard III vandaan? Hij is dan alle koningsdrama’s van Shakespeare beginnen teruglezen tot en met Richard II. Toen hij het laatste boek dichtklapte, dacht hij: we moeten dat allemaal doen, in één marathonvoorstelling, en in een bewerking. En zo is hij bij mij terechtgekomen.”
Vond je het meteen een goed idee?
Tom: “Ik las de stukken en ik zei: ik doe het niet, er zitten te weinig vrouwenrollen in. Toen werd Luk kwaad: onderdrukte vrouwelijkheid is juist een kenmerk van dat soort macht. Ik dacht: macht, macht, macht, ja, maar wat is het wer kelijke verhaal hier? Luk zei: ik wil het verhaal van de mensheid brengen - aan ambitie geen gebrek - we beginnen met rituele kostuums en we eindigen voorbij Tarantino. Dán was ik getriggerd."
"Als je dat doet, dan moeten we dat ook in de taal doen, zei ik. En dat is mijn inbreng: het verhaal van de taal van Ten Oorlog. Elke koning heeft zijn idioom. Het begint bij Richard II, met archaïsmen en Oudfranse woorden en gaandeweg vervalt die taal om ten slot te bij Risjaar Modderfokker Den Derde helemaal uiteen te spatten in brokken tekst, zonder vorm of grammatica, in een kolkende mengeling van Nederlands, Engels en dialect."
"Wat je hoort is het afval van feuilletons."
De tekst is niet alleen lang, maar ook van kop tot staart in vijfvoetige jamben. Hoe begin je daaraan?
Tom: “Eerst was dat moeilijk. De berg is wel héél hoog. Nu, ik had al geschreven in die versvorm, maar niets van die omvang natuurlijk. Op den duur kreeg ik het in de vingers en naar het einde toe paste de vorm me als een handschoen. De vijfvoetige jambe is een classic, eenvoudig gezegd bestaat elke versregel uit vijf koppels van een onbeklemtoonde lettergreep, gevolgd door een beklemtoonde.” (Tom bladert even door de tekst, vindt meteen de swing in een dialoog van Edwaar en declameert:)
“Kijk nu, dedju.
The night is over, bruurs:
De wereld has a golden dildo in
Its ass, hij spert zijn bakkes open en
Hij draait zijn lief, de zon,
een hete tong.
She’ll shine aan ‘t firmament,
the whole day long.”
“Wat je hoort is het afval van feuilletons, gemengd met dialogen uit Scarface van Brian De Palma en good old Motown songs en dat allemaal samen gebracht in die oude versvorm.”
© Kathie Danneels
Hoe vielen die verzen bij de acteurs?
Tom: “De stijl is dwingend, maar één keer de techniek onder knie is het voor acteurs heel bevrijdend, dan kan je daarmee beginnen spelen. De taal is een ritmebox. Het lijkt allemaal oud en stoffig, maar het is niet anders dan wat de hiphoppers en de rappers van nu denken uitgevonden te hebben. Ritmische taal die heel onnatuurlijk lijkt, maar als Kendrick Lamar het doet, is het heel hip.”
“Bij de acteurs was niet iedereen mee. Uiteindelijk heeft ook een aantal onder hen afgehaakt en kwam de voorstelling op losse schroeven te staan. Het is vooral te danken aan Jan Decleir, die ook even aarzelde trouwens, maar dan toch besliste om ermee door te gaan, dat Ten Oorlog er gekomen is.”
Hoe dicht wilde je bij de oorspronkelijke tekst van Shakespeare blijven?
Tom: “In het begin eerder getrouw aan zijn tekst, mits coupures en zonder veel toevoe gingen. Dan evolueerde het hoe langer hoe meer. Margaretha di Napoli is bijvoorbeeld een bijna totaal nieuw stuk omdat de oorspronkelijke drie stukken van Hendrik VI niet van het beste zijn wat Shakespeare ooit heeft geschreven."
"En het eindpunt is niet meer de strijd van de ene koning tegen de volgende koning, het is de strijd van de deerniswekkende mens die een monster is geworden dat tegen zijn bestaan vecht. Over die opbouw en stijl was ik voortdurend in overleg met Luk Perceval. Die gesprekken waren een soort harmonica. Ofwel was het heel groot, zonder enige rem op de ambitie: De Mensheid, De Macht, Heel Europa, Heel De Theatergeschiedenis. En vervolgens over een woord in één vers. Zeer intense gesprekken.”
Zaten jullie op dezelfde lijn?
Tom: “Vaak wel. Al moet ik zeggen dat ik tijdens het proces nooit in de marathon heb geloofd. Maar Luk zei: de marathon wordt het ding. Ik dacht dat het eerder een prestatie zou zijn, in plaats van een artistiek iets, maar dat bleek totaal fout ingeschat. Het ritueel om die zes koningen te volgen op één dag en die verschuivingen allemaal te zien was een enorme trip. Ik heb zo’n heimwee naar die voorstelling.”
© Sipan Hota
“Iedereen die houdt van toneel smelt toch onmiddellijk? Zoiets als Camping Sunset moet je koesteren.”
De titel Ten Oorlog, jouw vondst?
Tom: “Neen. We zijn er toen een avond over gaan eten, Luk Perceval, dramaturg Hans van Dam, Stefaan De Ruyck, die de Blauwe Maandag Compagnie nog zakelijk heeft geleid en later De Vooruit, en ik. Luk wilde De Dramma’s, wat ik niet goed vond. Ik stelde iets voor in de trant van Mens en Macht, of Kroon en Persoon."
"Bij het dessert opperde Stefaan: Ten Oorlog. Een taalfout want je zou eigenlijk Ten Oorloge moeten schrijven - we hebben daar dan echt een uur over gebabbeld, over die ‘e’ op het eind - maar ik wist meteen: oh my god, dat ís het. Het zegt wat de personages doen, maar het zegt ook wat de acteurs doen en zelfs wat het publiek moet gaan doen. Da’s onklopbaar.”
Wat vind je ervan dat Camping Sunset nu Ten Oorlog gaat spelen?
Tom: “Dat uitgerekend een troep jonge gasten Ten Oorlog terug oppikt is natuurlijk fantastisch. Ik ben blij dat iemand het monument eens durft aanpakken. Het domste wat ze daarbij zouden kunnen doen, is proberen recreëren wat de voorstelling was. Alleen al het feit dat ze maar twee weken repeteren, wat hilarisch is, en vervolgens begin nen te spelen, zal al zeker geen herhaling zijn van de 18 maanden dat er gerepeteerd is door Luk en de Blauwe Maandag Compagnie (lacht).”
“Ik vind Camping Sunset geniaal. Met hoeveel zijn ze, 25, 27? De energie, zo ongeremd en zo nieuw, geen dramaturgen, geen regisseurs, gewoon spelen. En dan een bijna beangstigende volwassenheid voor zo’n jonge honden: we babbelen onder elkaar, we nemen dat mee en we spelen opnieuw. Ze spelen langer dan ze repeteren, dat vind ik echt fantastisch. Iedereen die houdt van toneel smelt toch on middellijk? Zoiets moet je koesteren. Misschien bestaat het maar een paar jaar, dus profiteer ervan.”
Ten Oorlog I, II & III - Caming Sunset - 25 & 26/09 in het oude zwembad van Oostende.